Mijn visie
Het valt me op dat veel atleten onderschatten welke impact consistente training op hun vooruitgang heeft. Op platforms zoals Strava zie ik vaak extreme trainingssessies gevolgd door meerdere dagen of soms zelfs weken volledige rust. Soms hebben atleten het gevoel dat één intense training per week, à la Jan Frodeno, gevolgd door enkele dagen rust, hen op de goede weg zet. Echter, voor vooruitgang en groei als atleet is consistentie nodig, elke dag, elke week, en elk jaar je trainingen volhouden. Stapje voor stapje groeien draagt op de lange termijn bij aan je ontwikkeling en belastbaarheid. Dit betekent niet dat intensieve training niet nodig is; integendeel, vaak zijn het juist de rustigere trainingen tussendoor die je op de lange termijn een betere atleet maken
Train met een doel
Veel atleten trekken hun hardloopschoenen aan of gaan naar het zwembad zonder echt een specifiek doel voor ogen te hebben. Voor recreatieve sporters die gewoon willen bewegen en gezond willen blijven, is dit natuurlijk prima. Echter, voor atleten met specifieke doelstellingen is het van groot belang om met een helder doel de training in te gaan. Hier ligt een onderscheid tussen simpelweg sporten en doelgericht trainen.
Wanneer je bijvoorbeeld een zwemtraining gaat doen en gewoon een uurtje gaat zwemmen zonder specifiek doel, kan het soms moeilijk zijn gemotiveerd te blijven, en lijkt dat uur zwemmen een eeuwigheid te duren. Aan de andere kant, als je met een concreet doel naar het zwembad gaat, ben je veel gemotiveerder om dit doel te behalen. Denk aan een doel om tijdens je zwemtraining aan je techniek en snelheid te werken, bijvoorbeeld door te beginnen met een techniekset en vervolgens 10x100m op wedstrijdtempo te zwemmen met 30 seconden rust.
Wanneer ik zelf dit soort trainingen doe, ben ik tijdens de training eigenlijk helemaal niet bezig met hoe lang ik al aan het zwemmen ben, maar richt ik mijn volledige aandacht op de eerstvolgende interval. Dit maakt de training niet alleen effectiever, maar ook boeiender en motiveert om het gestelde doel te bereiken.
Zoek balans
Het vinden van de juiste balans tussen werk, privé en sport is cruciaal om zowel persoonlijke groei te behouden als plezier in je sport te behouden. Als vader van twee kinderen begrijp ik dat dit vaak een uitdagende puzzel kan zijn. Zelf heb ik in het begin ook moeite gehad met deze balans. Als je gepassioneerd bent en er alles aan wilt doen om je doelen te bereiken, is het verleidelijk om jezelf volledig te geven in de weken voor een evenement. Echter, zonder een gezonde balans raak je uiteindelijk zowel mentaal als fysiek uitgeput en loop je het risico jezelf en je gezin te overbelasten.
Een aantal weken lang alles geven is wel vol te houden is, maar zonder balans ben je op de lange termijn jezelf aan het uitputten. Je kunt mentaal opgebrand raken en aan het einde van het seizoen kun je je trainingen nog doen omdat het "moet", maar kijk je eigenlijk uit naar het rustseizoen. Het vinden van deze balans is een gezamenlijk proces dat we samen moeten doorlopen. Het draait niet alleen om het bereiken van sportieve doelen, maar ook om het behouden van welzijn en geluk binnen je gezin en andere aspecten van het leven.
Luister naar je Lichaam
Het luisteren naar je lichaam is voor fanatieke atleten vaak een uitdaging. Atleten streven ernaar om hun trainingen niet te missen en negeren soms de signalen die hun lichaam afgeeft. Het kan zelfs voorkomen dat atleten enigszins trots zijn op het feit dat ze maar vier uur hebben geslapen en toch om 5 uur 's ochtends opstaan om dat uurtje training voor het werk mee te pakken.
Het is echter belangrijk om te onthouden dat je nachtrust het enige moment is waarop je lichaam echt herstelt en daadwerkelijk bezig is om sterker te worden. Tijdens je training breek je spieren af, en het is de kunst om tijdens de rustperiode je lichaam net iets beter te laten herstellen dan het voorheen was, ook bekend als supercompensatie. Als je constant tekortschiet in deze rustperiode, ontneem je je lichaam de kans op supercompensatie en loop je op de lange termijn het risico op blessures en overtraining.
Het is dus belangrijk om niet bang te zijn om een training over te slaan als je lichaam signalen geeft dat het rust nodig heeft. Het erkennen en respecteren van deze signalen draagt bij aan een gezonder trainingsregime en een verlaagd risico op blessures en oververmoeidheid.
Train op de juiste intensiteit
Het oppakken van de fiets voor een ontspannen rit van 3 uur, stevig doortrappen en vermoeid raken is een heerlijke manier om tijd door te brengen, vooral met vrienden op een zondagmiddag. Echter, als je het maximale uit je training wilt halen, is het cruciaal om de juiste intensiteit aan te houden. Dit betekent vaak dat je duurtrainingen juist wat rustiger moet doen en intervaltrainingen iets pittiger moet maken dan je gewend bent.
De verdeling van intensiteit zal gedurende het seizoen ook verschuiven, afhankelijk van de doelen waar je naartoe traint. In de vroege voorbereidingsfase kunnen basisduurtrainingen met een gematigde intensiteit essentieel zijn om je aerobe capaciteit te vergroten. Naarmate het seizoen vordert en specifieke doelen dichterbij komen, kan de nadruk verschuiven naar intensievere intervaltrainingen om je snelheid, kracht en specifieke wedstrijdprestaties te verbeteren.
Kortom, het vinden van de juiste balans in trainingsintensiteit, afgestemd op je doelen en de fase van het seizoen, is van groot belang om progressie te boeken en blessures te voorkomen. Dit wil overigens niet zeggen dat ik je zal verbieden om af en toe een lekker stevige duurtraining met vrienden te doen, plezier staat immers ook centraal.
Houd het simpel
Aan de muur van het zwembad zie ik soms zwemtrainingen hangen die nauwelijks op één A4'tje passen. Hetzelfde geldt voor fiets- en looptrainingen, waarin talloze oefeningen en variabelen zijn verwerkt. Mijn vuistregel is dat een training eenvoudig genoeg moet zijn om te kunnen onthouden. Hoewel het belangrijk is om aan verschillende technische aspecten te werken tijdens het zwemmen, heeft het weinig zin om tijdens één training 10 verschillende drills te doen. Kies er maximaal 3 en voer deze uiterst nauwkeurig uit. Deze benadering geldt eveneens voor het fietsen en lopen; concentreer je op de aspecten die verbetering nodig hebben, voer een effectieve intervaltraining uit, maar probeer niet alles in één sessie te proppen.